“Schrijven is ook afwegen, de vrijheid proeven, het juiste woord kiezen op het juiste moment.”

PEN Vlaanderen richt zich niet enkel op het vrije woord in andere landen, maar houdt ook de vinger aan de pols in eigen land. Recente evoluties in het maatschappelijk debat, onder meer door de toenemende rol van sociale media, zorgen ervoor dat we waakzaam moeten blijven voor de bescherming van het vrije woord voor auteurs, journalisten en academici. In de maandelijkse rubriek ‘PEN vraagt… en bij ons’ interviewen we een Vlaamse auteur over het vrije woord in Vlaanderen.
Peter Vermeersch is schrijver en hoogleraar politieke studies aan de KU Leuven. Hij publiceerde recent de roman Polsslag, over het belang van een protestlied in Belarus. Hoe ervaart hij het vrije woord in Vlaanderen?
Zijn we in Vlaanderen als schrijvers echt vrij om te schrijven wat we willen?
Ik ken schrijvers uit landen waar deze vrijheid niet bestaat, en dat laat je pas echt inzien hoe groot het verschil is. Ja, dus. En laten we de vrijheid die we hebben maar koesteren. Maar het betekent niet dat je dan zomaar alles publiekelijk op papier moet willen zetten, ook alle rotzooi, alleen maar omdat het kan. Schrijven is ook afwegen, de vrijheid proeven, het juiste woord kiezen op het juiste moment.
Censureer je jezelf in wat je schrijft?
Deze vraag suggereert dat er dingen zijn die ik wel zou wíllen publiceren, maar dat ik dat nalaat vanwege de meningen van anderen of de publieke opinie. Ik geloof niet dat ik mezelf op die manier censureer. Natuurlijk redigeer ik mijn werk wel, en ik vind het waardevol om soms even te zwijgen, maar dat heeft niets met censuur te maken. Het is eerder een vorm van nieuwsgierigheid: wat zijn de perspectieven en ideeën van anderen? Daarvoor moet je soms ophouden zelf iets te zeggen. Noem het een poging om beter te luisteren.
Moet je als schrijver voorzichtig zijn om niemand te bruuskeren?
‘Voorzichtig’ is wellicht te sterk uitgedrukt. Je moet je goed bewust zijn van de kracht van het geschreven woord, dat wel. En van het feit dat iemand iets in je woorden kan lezen dat je er zelf nooit hebt ingelegd. Maar het doel zou niet moeten zijn om risico’s op confrontatie dan maar helemaal uit de weg te gaan. Dan valt ook elke poging tot serieuze communicatie weg en dat is veel schadelijker, zeker op de lange duur. Nee, hoe lastig ook, liever onhandig en klunzig dan te voorzichtig en daardoor steriel. In een misverstand, en zelfs in een conflict, kan het begin van een ander en beter gesprek vervat liggen. Soms is bruuskeren ook een vorm van wakkerschudden. In dat opzicht wil ik graag deze hoopvolle zin citeren: ‘The dynamic wonder of the human condition is that when we find release from anxious clinging to certainty, we can learn to trust one another and trust that when things go wrong, we will be able to repair the problem’ (uit The Power of Discord, van Ed Tronick en Claudia Gold).
Waar liggen voor jou de grenzen van vrije meningsuiting?
Vrije meningsuiting is onmogelijk wanneer het allemaal ontaardt in kakofonie. Anders gezegd: vrije meningsuiting heeft alleen maar zin als er ergens nog een vorm van wederkerigheid en communicatie is. Als niemand meer nog naar de geuite meningen luistert, heeft het uiten van meningen geen zin meer. Dat is een soort van grens. Het streven naar het beschermen van de vrije mening is voor mij ook het streven naar de bescherming van publieke fora en het verbeteren van de kwaliteit van het publieke gesprek.
Wat is volgens jou op dit moment de grootste bedreiging voor het vrije woord?
Repressieve regimes vormen uiteraard een directe bedreiging voor de vrije meningsuiting. Er zijn bijvoorbeeld veel plaatsen op deze wereld waar serieuze journalistiek onmogelijk is geworden — door fysieke aanvallen op journalisten, maar ook door economische druk. De World Press Freedom Index van Reporters without Borders bevindt zich momenteel op een historisch dieptepunt. Die index bestaat sinds 2002 en nog nooit eerder was het wereldwijd slechter als in 2025.
Ook in vrijere samenlevingen zijn er overigens diverse zorgwekkende risico’s: grote internationale bedrijven accumuleren veel macht en hebben belangen die ze makkelijk via massamedia kunnen promoten. Net als politici met buitenproportionele machtsambities maken ze vaak gebruik van schaamteloze leugens. En de kracht van dat soort dreigingen wordt er niet minder op in ons online bestaan, waar de waarheid regelmatig implodeert. Ik denk aan allerlei stemmen die zich opwerpen als verdedigers van het vrije woord maar uiteindelijk alleen uit zijn op demagogie of financieel gewin.
Hoe beïnvloedt sociale media de vrije meningsuiting volgens jou?
Dat is behoorlijk complexe materie, vind ik, omdat we ons nu middenin grote verschuivingen bevinden. De sociale media zijn een experiment waarvan we nog altijd niet de volle draagwijdte zien, zeker in combinatie met AI. Om er één element uit te pikken: in theorie kunnen online platformen nuttig zijn voor betere communicatie tussen mensen, informatieverspreiding en zelfs voor democratische innovatie, maar de dynamiek op sociale media heeft ook erg de neiging om allerlei angsten in onze hoofden aan te poken, onze aandacht weg te trekken van het werkelijke leven, ons helemaal in beslag te nemen. Wat betekent dat op de lange duur voor onze mentale gezondheid? En voor het maatschappelijke weefsel? Die platformen zijn nu eenmaal niet gericht op het stimuleren van echt menselijk contact. Verregaande dienstverlening aan adverteerders is wellicht al uitgemond in wat Shoshana Zuboff ‘surveillancekapitalisme’ heeft genoemd: een uitgebreid en pertinent ondemocratisch systeem waarin techbedrijven ons online gedrag als handelswaar gebruiken. Ze weten alles over je en kunnen je zo steeds makkelijker manipuleren.
Onvrije en autocratische systemen gebruiken overigens ook sociale media om mensen te monitoren en eventueel te vervolgen. Ook dat is iets waar we ons hier misschien te weinig van bewust zijn: het kan ook een middel zijn in de handen van een repressief regime.
Welk boek hoort volgens jou thuis in onze PEN-boekenkast waarin we boeken van gevangen schrijvers of schrijvers in ballingschap verzamelen?
Iemand moet dringend eens het recente boek van de Belarussische mensenrechtenactivist Maksim Znak in het Nederlands vertalen en uitgeven. In het Duits verscheen het onder de titel ‘Zekamerone’ (Suhrkamp). Als je weet dat het Russische woord voor kampgevangene ‘zek’ is, begrijp je meteen waar dit boek over gaat. Het bevat een honderdtal korte verhalen over het dagelijks leven in een Belarussische gevangenis, in detentie neergeschreven. In een puntige stijl dan nog, ironisch en met verbazingwekkend genoeg vaak gevoel voor humor. Het boek zegt ook iets over de kracht van het vrije schrijven — zelfs in detentie is dat een innerlijke reddingsboei. Briljant en noodzakelijke literatuur.
Maksim Znak is een advocaat en prominent lid van de Belarussische oppositiebewegingen. Hij werd in de herfst van 2020 gearresteerd en veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf. Het is een klein mirakel dat zijn notities de buitenwereld hebben bereikt.
Welke boodschap zou je willen geven aan een gevangen schrijver?
Uit mijn contacten met voormalige gewetensgevangenen weet ik dat ze vaak bang zijn om in vergetelheid te verdwijnen als ze achter de tralies zitten. Dus: dat we hen niet zullen vergeten. Dat we ons zullen blijven inspannen om hen vrij te krijgen.
Welke schrijver, levend of overleden, wil je graag ontmoeten? Waarover wil je het met hem of haar hebben?
Het is mijn wens om Maksim Znak in levende lijve te ontmoeten want dat zou dan betekenen dat hij niet meer vastzit. Ik zou het met hem over poëzie willen hebben.
Hoe lang ben je al lid van PEN en waarom?
Sinds 2011. PEN is een unieke organisatie. Het bestaat uit lokaal opgerichte en zelfstandig functionerende PEN-centra die deel uitmaken van een wereldwijd netwerk van schrijvers. In die kringen kun je net zo goed een Pulitzer- of Bookerwinnaar als een debuterende dichter uit een minuscule taalgroep ontmoeten. De diversiteit is enorm, de leden geven zelf vorm aan de organisatie, de geschiedenis van PEN is dan ook complex en ongemeen boeiend. En er is natuurlijk het overkoepelende streefdoel dat ik van cruciaal belang vind. PEN promoot literatuur, ondersteunt gemarginaliseerde stemmen en verdedigt wereldwijd de vrijheid van het woord. Als romanschrijvers, essayisten, dichters of journalisten ergens in de verdrukking komen, dan mag je er vanop aan dat een hele maatschappij in gevaar is.